Strafrechtelijke en burgerrechtelijke procedures
Duur : 15 opleidingsuren
Leerdoelen:
Aan het einde van dit seminarie zullen de deelnemers in staat zijn tot:
- De rechterlijke organisatie van de burgerlijke rechtbanken te begrijpen (materie – territoriale bevoegdheid).
- Aanknopingspunten herkennen voor het bepalen welke rechtbank en waar bevoegd is.
- Hoe de experten aan te sturen in functie van de te leveren bewijslast inzake oorzaak en omvang van de schade
- De behandeling van de aan de advocaten toevertrouwde dossiers te volgen en te controleren en efficiënter te reageren.
- Wegwijs in terminologie gebruikt door advocaten en rechtbank.
- Het ogenblik te bepalen wanneer een dossier voor procedure aan een advocaat dient te worden overgemaakt.
Doelgroep:
Het seminarie is bestemd voor medewerkers van verzekeringsondernemingen (beheerders, inspecteurs) met weinig of geen juridische vorming maar die bij de behandeling van de dossiers te maken hebben met juridische vraagstukken (bepaling oorzaak en omvang van de schade, noodzaak procedure kort geding of procedure ten gronde).
Methodologie
De opleiders wisselt theoretische items af met de studie van praktijkgevallen.
Inhoud:
A) Burgerlijke procedures:
I. Rechterlijke organisatie:
- structuur van de rechterlijke macht
- soorten rechtbanken en bevoegdheid
II. Bevoegdheid:
- materiële bevoegdheid
- territoriale bevoegdheid
III. Rechtspleging:
- Hoe verloopt een procedure voor een burgerlijke rechtbank?
Het verschil tussen dagvaarding en vrijwillige verschijning.
Wanneer wat kiezen.
Wat is een gedwongen of vrijwillige tussenkomst.
Wat is het in staat stellen van een zaak.
Wat is een conclusiekalender en hoe/wanneer vast te leggen.
Inleidende zitting en naar de rol en het algemeen rolnummer: betekenis.
Wat is het verschil tussen een vonnis en een arrest.
IV. De bewijsvoering:
- de bewijsmiddelen : schriftelijk bewijs - vermoedens- deskundig onderzoek
Wanneer is een kortgeding aangewezen en de voorwaarden.
V. De rechtsmiddelen:
- hoger beroep en verzet.
- hoe aantekenen en binnen welke termijnen?
Wanneer en wanneer niet kan er beroep en verzet aangetekend worden.
B) Strafrechtelijke procedures:
I. De strafvordering en de burgerlijke vordering:
II. Het instellen en het uitoefenen van de strafvordering:
- het opsporingsonderzoek/zonder gevolg
- het gerechtelijk onderzoek/ buitenvervolging/raadkamer
- hoe men dit onderzoek moet opvolgen
- informeren bij het parket van de Procureur des Konings
- inzage van het onderzoek onderzoeksrechter– strafdossier
- het tussenkomen in een strafprocedure : vrijwillig of samenvallende met verdediging verzekerde
- zich burgerlijke partij stellen-hoe&waar&wanneer
- de rechtsmiddelen
- hoger beroep en verzet
- hoe aantekenen en binnen welke termijnen